Page 6 - Stuij Familiemagazine november 1998
P. 6

Stuij Familie Magazine

ZWAAR GEWOND

Het is donderdag 31 augustus 1673 zo‘n anderhalf uur na zonsopgang, als Jacob Corneliszn.
– de voorvader van de Maykentak binnen de familie Stuij - uit Wijngaarden hevig bloedend
aanklopt bij zijn vader de 82 jarige schepen van Wijngaarden Cornelis Jacobszn. Hij verteld
zijn vader dat hij zojuist op de dijk van het Elandenweer door zijn buurman Jan Arienszn.
Vogel geslagen en gekwetst is.

Vader Cornelis is daarop direct met zijn zoon naar het iets oostenlijk nabij gelegen
Elandenweer gegaan. Inderdaad troffen zij daar de bewuste Jan Arienszn. Vogel aan die op
dat moment juist bezig was met het trekken van hennep uit het water van de sloot aan de rand
van de hennepakker. De oude schepen sprak tot Jan en zei ?Waarom heb jij Jacob zo
geslagen??. Jan Arienszn. gaf de schepen als antwoord ?Omdat Jacob mijn volk uit mijn huis
ontbiet. Daarom heb ik het gedaan.? Cornelis Jacobszn. vroeg daarop aan Jan Arienszn. hoe
hij dit dacht op te lossen. ?Dat moet hij zelf maar zien? zei Jan Arienszn.

Een rechtszaak
Beide mannen zijn daarop terug naar de hofstede van Cornelis Jacobszn. gegaan. Tien dagen
later op 10 september 1673 wordt toch besloten om een en ander bij de Bailliu van
Wijngaarden aan te geven. Op ambseed legt Cornelis een verklaring af.

Het gevolg was dat op 21 september 1673 in Wijngaarden een extra rechtszitting van de
vierschaar plaats vindt. Het slachtoffer Jacob Corneliszn. is eiser en Jan Arienszn. Vogel, die
46 jaar oud is, de gedaagde. De aanklacht is helder geformuleerd. De eiser ging op 31
augustus 1673 welgemoed en zonder enige achterdocht naar zijn werk. De gedaagde heeft
eiser met een hooivork zodanig op zijn hoofd geslagen, dat deze voor dood ter aarde is
gevallen en aldaar geruime tijd in totale onmacht heeft gelegen. Hierdoor is eiser vele dagen

                                                   in zorgelijke toestand geweest en niet alleen
                                                   bedlegerig is geweest maar vreest zijn leven lang
                                                   van deze mishandeling lichamelijke gebreken zal
                                                   hebben.

                                                   De eis
                                                   De eis is niet mis. Hij eist middels zijn raadsman
                                                   Mr. Adriaen Meijnaars voor geleden smart en de
                                                   gevreesde gevolgen een bedrag van 250 carolus
                                                   guldens. Voor verlet en de kosten van zijn
                                                   raadsman nog eens dertig gulden extra. Mr.
                                                   Benschop de verdediger van de gedaagde wil een
                                                   afschrift van deze eis. De vader van de eiser -
                                                   Cornelis Jacobszn. -stemt in met dit verzoek.

Voor die tijd was het gevraagde bedrag van 250 carolus guldens een waar fortuin.

November 1998                                                                     5
   1   2   3   4   5   6   7   8   9   10   11